Hoe schrijf ik een business plan? En waarom schrijf ik een business plan?
Een eigen bedrijf beginnen brengt veel met zich mee. En daar kun je je het beste goed op voorbereiden. In je ondernemingsplan schrijf je uit welke producten je aan welke doelgroep aanbiedt, hoe je dat gaat doen en wat daar allemaal bij komt kijken.
Als je van plan bent om een financiering aan te vragen, wordt er vrijwel altijd een uitgebreid en goed onderbouwde business case gevraagd. Maar voor jezelf is het ook heel handig. Je plan is namelijk jouw houvast om goed voorbereid aan je onderneming te beginnen.
Als je niet heel uitvoerig wilt uitschrijven wat je gaat doen, zou ik op zijn minst een beknopte omschrijving maken. Hier kan je het beste het Canvas business model te gebruiken.
Hieronder vindt je twee verschillende manieren om je ondernemingsplan te schrijven, een uitgebreid en volledig plan of je kunt het Canvas Business Model gebruiken.
Het ondernemingsplan
Kort omschreven bestaat het ondernemingsplan uit drie thema’s:
De introductie
Het strategisch plan
Het financieel plan
In deze thema’s komen verschillende onderwerpen aan bod. Hieronder staan de thema’s met onderdelen en uitleg omschreven. Vanzelfsprekend hoef je alleen maar invulling te geven aan de relevante stukken en kan je de stukken die niet van toepassing zijn overslaan.
De introductie
De introductie bevat een omschrijving van het idee of product dat je wilt gaan aanbieden, waar de onderneming voor staat en hoe die onderneming er dan uit gaat zien. Het gaat hier niet alleen om wie welk product aanbiedt. Maar ook waarom je eigenlijk dat product gaat aanbieden. Is er een gat in de markt? Heb je iets nieuws uitgevonden? Is er iets dat jij beter kunt dan de bestaande aanbieders? Of is er simpelweg meer vraag dan aanbod?
Idealiter omschrijf je ook (met of door) wie het product wordt aangeboden en waarom diegene geschikt is om dit te doen. Hierdoor wordt je gedwongen om goed te reflecteren op wat je wel en wat je niet goed kan en bedenk je misschien wel dat je zaken wilt uitbesteden. Maar aan de andere kant, kan dat ook weer waardevolle uitkomsten bieden waardoor een eventuele investeerder of financier iets meer vertrouwen in je plan krijgt.
Rechtsvorm
De onderneming wordt ook besproken in de introductie. Hierbij kan je denken aan praktische zaken maar ook aan strategische zaken. Het begint natuurlijk bij de vraag wat voor rechtsvorm zal de onderneming krijgen. Daarna kijk je naar wie de directie voert en wie het vermogen inbrengt. Als iemand anders dat doet, welke constructie wordt er dan gekozen? Bij een aandelentransactie, kiest men vaak voor een B.V. (of N.V.) maar je kunt ook voor een C.V. kiezen zodat je niet per se naar de notaris hoeft omdat je een stille vennoot hebt. Is er 1 ondernemer of zijn het er meer? Mag iedereen overeenkomsten aangaan namens de onderneming? Doe je dat in overleg? Of zelfstandig? Maar je kunt er ook voor kiezen om je helemaal niet bij het handelsregister in te schrijven.
Jouw merk
Ook niet onbelangrijk is je merk. Wat is de Visie? Wat is de missie? Waar staat je merk voor en welke belofte doe je aan jouw klanten?
met andere woorden, Hoe onderscheid jij je in de markt? door dit soort vragen te beantwoorden, kom je uit op de Unique Selling Points (USP's) van de onderneming. Die geven weer antwoord op de vraag "Waarom zouden klanten voor jou moeten kiezen?"
Allemaal zaken die je helder wilt hebben en die je goed kunt gebruiken om in promotie en communicatie te uiten.
Naast de missie en visie van de onderneming, wil je zelf (maar eventuele investeerders willen dat vooral weten) wel even in kaart hebben gebracht of de onderneming alles zelf wel op orde heeft. Wij gebruiken daar vaak het 7S-model van McKinsey voor.
In de introductie schrijf je dus:
​Onderdeel | Uitleg |
Het idee/product |
|
De onderneming |
|
Het team/de ondernemer |
|
Het strategisch plan In dit deel van het plan vorm je echt de strategie van de onderneming. Hier beantwoordt je vragen over de markt en zoek je de sweetspot voor jouw merk.
De eerste stap die je dan neemt is het bekijken van de markt. Wie zou er behoefte aan jouw product hebben en welke groep (klanten) het meest interessant zijn om je op te richten.
Wij gebruiken graag persona’s voor de omschrijving van de (verschillende) doelgroepen. Persona’s zijn voorbeelden van specifieke klanten uit verschillende doelgroepen. Een voorbeeld van een persona voor een bedrijf dat internetmarketing aanbiedt: Peter is loodgieter. Zijn grootste pijnpunt is dat hij alles weet van leidingen, sanitair en verwarming. Hij weet zelf niet zo goed hoe hij aan klanten kan komen. Zijn partner Marina doet de administratie en neemt de telefoon op. Zij zijn niet heel goed in het schrijven van teksten en voelen zich wat onzeker als ze advertentieteksten moeten schrijven en worden er wat zenuwachtig van dat alle nieuwe klanten zich op internet oriënteren en willen liever niet een deel van de omzet aan partijen als werkspot afstaan omdat dat de prijs onnodig omhoog drijft.
Zie hier een voorbeeldtemplate voor Persona’s:
De trends en ontwikkelingen maar ook het gedrag en de propositie van je concurrent is hier belangrijk.
Voorbeeld: Supermarkten verkopen bijvoorbeeld kant en klaar maaltijden en maaltijdpakketten. De meeste pakketten bevatten meerdere porties terwijl de demografische ontwikkelingen laten zien dat er steeds meer eenpersoonshuishoudens ontstaan. Albert Heijn speelt daar bijvoorbeeld op in door maaltijdpakketten per eenpersoonsportie te verkopen.
of
Een webshop of een loodgieter heeft bijvoorbeeld te maken met het consumentenrecht. Daarom is het belangrijk om leveringsvoorwaarden op te stellen. Maar ook een privacy statement die het mogelijk maakt om cookies op de website te verzamelen.
Maar ook de vraag over hoe je dat gaat vermarkten, is een hele belangrijke vraag. Welke producten, instrumenten, kanalen of middelen zal je gaan inzetten? En hoe?
In het Strategisch Plan beschrijf je dus:
Onderwerp | Uitleg |
De markt De omgeving |
|
De marketing |
|
Uiteindelijk haal je alle informatie uit de introductie en het strategische plan en maak je daar een SWOT analyse en misschien zelfs nog een confrontatie matrix van. Hiermee maak je inzichtelijk welk kansen (opportunities), sterke punten (strengths) je hebt en je ziet ook meteen wat de risico’s (threats) en zwakke punten (weaknesses) zijn.
De sterke en zwakke punten hebben betrekking op jezelf intern) en de kansen en bedreigingen komen van buiten (extern). In de confrontatie matrix zet je deze tegenover elkaar en geef je alle items punten om de slagingskans van je onderneming te berekenen.
Hieronder zie je een over de SWOT analyse
Het financieel plan
Dit stuk is het minst brede maar wel het moeilijkste deel van het maken van het ondernemingsplan. In de eerste delen is er al gekeken naar welke middelen er nodig zijn om de bedrijfsactiviteiten uit te voeren. Hier gaan we kijken hoeveel dat gaat kosten en hoe je dat gaat betalen.
Dat heet een investeringsbegroting. In de investeringsbegroting worden deze bedragen opgesomd in een beginbalans. De resources/middelen komen aan de debet-activazijde te staan. De credit-passivazijde zal bestaan uit een optelsom van hoe dit gefinancierd wordt (waar de onderneming dit geld vandaan haalt).
Voorbeeld:
Debet/Activa | ​ | Credit/Passiva | ​ |
Machine | € 25.00,- | Eigen vermogen | € 4.000,- |
Auto | € 15.000,- | Lening Bank | € 30.000,- |
Laptop | € 1.000,- | Lening Ouders | € 10.000,- |
Telefoon | € 1,000,- | Telefoonabonnement | € 1.000,- |
Bankrekening | € 3.000,- | ​ | ​ |
​Totaal | € 45.000,- | Totaal | € 45.000,- |
Daarna gaan we kijken naar de omzet en kosten, ook wel de exploitatie genoemd.
In de exploitatiebegroting beschrijft de te verwachten omzet ten opzichte van de te verwachte kosten. Als het even duurt voordat de cashflow positief is (meer geld in dan uit), dan zou je in de exploitatiebegroting al een deel van het salaris van medewerkers of andere kosten moeten opnemen.
De liquiditeitsbegroting is een overzicht van inkomende en uitgaande betalingen over tijd. Met andere woorden, een kalender waarin de cashflow wordt omschreven.
Het financieel plan bestaat dus uit
Onderdeel | Uitleg |
De investeringsbegroting | Wat heb je nodig om te beginnen? Hoeveel geld gaat dat kosten? Hoeveel geld heb je zelf? Hoe kom je aan dat andere geld? |
De exploitatiebegroting | Hoe verwacht je te presteren en hoeveel winst houd je dan over? Wordt de winst uit de onderneming onttrokken of opnieuw geïnvesteerd? |
De liquiditeitsbegroting | Het is eigenlijk een jaarkalender voor je saldo en cash: hoeveel geld is wanneer beschikbaar? Wat verwacht je aan maandelijkse inkomsten en uitgaven? Een ander woord is dus ook: liquiditeitsplanning. |
Hulp Nodig?
Als je hulp wilt bij het opstellen van jouw ondernemingsplan, neem dan contact met ons op. Wij helpen je graag.
Comments